Vrijdag 28 juni, een vrije dag.
28 juni 2024 - Beitostølen, Noorwegen
Wij mogen nog een dag in Beitostølen blijven. We willen die mooie panoramaweg waarover we gisteren aan kwamen rijden nog eens op ons gemak overdoen. Het heeft heel de nacht geregend, maar voor de zoveelste keer hebben we geluk en is het droog als we de deur uitstappen. Het is nog wel zwaarbewolkt en als we hoger door de bergen komen, is het zó mistig dat we geen tien meter zicht meer hebben. Het is gelukkig snel voorbij en aan de andere kant van de berg verrast een schraal zonnetje ons met een prachtig kleurenpalet over de bergen. We stoppen regelmatig om van het overdonderende uitzicht te genieten. Amper op pad komen we bij een brug waar water wild onderdoor stroomt. Aan de andere kant heb ik gisteren mensen zien lopen. We kunnen de auto kwijt en gaan een kijkje nemen. We moeten over wat rotsblokken klimmen en komen bij de brug. Het is indrukwekkend om te zien en we blijven een tijdje gefascineerd staan kijken. We kunnen jammer genoeg niet verder wandelen.
De volgende stop is bij dezelfde kloof als gisteren, de Riddersprong. We hebben inmiddels begrepen dat het om een oud liefdesverhaal gaat. Een stoere, verliefde ridder heeft zijn lief achter op het paard en neemt het risico om over de kloof te springen om een andere minnaar te ontlopen. We zagen gisteren al dat het er zo mooi is, dat we daar nog eens naar terug wilden, maar nu met wat meer tijd om wat rond te wandelen. Niet alleen dat woeste water is fantastisch, de bemoste gigantische rotsblokken eromheen zijn dat zeker ook. Mijn stoere ridder springt niet voor mij over de rots, maar klimt wel een stuk door om de kloof wat verder te bekijken en ook dat (smallere) deel waar die ridder overheen sprong. Zelf blijf ik er wat verder vandaan, ik wil nog wel eens duizelig worden.
Daarna gaat het even fout. Vreemd, we zien het beoogde picknickplaatsje niet meer. Wat later begrijpen we wat er fout is gegaan. In plaats van terug te rijden wat de bedoeling was, rijden we verder. Terug dan maar, hoewel, er moet ook nodig getankt gaan worden en nu we toch fout zijn gegaan, kunnen we beter even door. Voordeel is dat we daardoor wel op een ander prachtig plekje ons broodje kunnen eten. Het plekje dat we eerder in gedachten hadden, wordt nu ons middagkoffieplaatsje. Kan toch?
Op de terugweg zien we weer zo'n wilde rivier, uitstappen, naar beneden klimmen, klikken en kijken. Langzaamaan, voorzichtig voor overstekende schapen, die dat steeds doen en jawel ook nog ergens in de verte een drietal rendieren.
Uiteindelijk was de dag weer te kort. Bij een supermarkt vlakbij kun je verse salades kopen, dat hadden we vanmorgen al gezien. Keurige, overdekte schalen met de lekkerste dingen om naar je eigen smaak een gezonde salade samen te stellen. Er staan daarvoor speciale dozen, deksel erop en bij de kassa wordt het per gewicht afgerekend. Het heeft ons prima gesmaakt.
Eigenlijk hebben jullie best wel mazzel met het weer op deze lange reis. Ik heb je meer over de muggen zien mopperen dan over de regen.
Lekker hoor, zo´n saladebar. Twee vliegen in één klap; verse groenten en je hoeft niet zelf te koken.